dinsdag 11 mei 2010

lieve punt

Liedje uit platvoed en zijn vriendjes

zondag 11 april 2010

aflevering kruispunt. Je hele leven anders

3 volwassenen vertellen over hun autisme en waar ze in het leven tegen aan lopen. Hoe hun wereld eruitziet en hou ze onze wereld ervaren.
Een eye opener.

Ik moest wel even een paar keer slikken, het is toch een mogelijk toekomst senario
Aflevering kruispunt - je hele leven anders

vrijdag 9 april 2010

Syndroom van Asperger.... wat is dat?

Wat is het Syndroom van Asperger?

Het syndroom van Asperger, is een pervasieve ontwikkelingsstoornis binnen het autistische spectrum. Het verschil met andere vormen van autisme, zoals PDD-NOS en klassiek autisme, is voornamelijk een kwestie van definitie.

Bij het syndroom van Asperger horen bijvoorbeeld wel sociale problemen, gebrek aan inlevingsvermogen, de voorkeur voor stereotiepe bezigheden en de afkeer van veranderingen, maar de intelligentie en taalontwikkeling zijn niet of tenminste niet ernstig gestoord. Door de relatieve pluspunten op het gebied van intelligentie en communicatieve vaardigheden wordt het Syndroom van Asperger ook wel hoogfunctionerend autisme genoemd.

Zelf noemen ze hun stoornis ook wel het Oops, wrong planet!-syndroom, vanwege het idee dat ze al vanaf hun geboorte in de verkeerde wereld leven die niet op hen is afgestemd.

Waar lopen mensen met het syndroom van Asperger tegenaan?
* Verbanden leggen/ maken: Voor hun is de wereld vaak verdeeld in losse beelden. Zo vinden ze het bijvoorbeeld moeilijk om een beeld te vormen van een huis. Ze zien allemaal losse beeldjes zoals een boekenkast, een wasbak, een bank. Het beeld 'bank' bestaat wel, maar het beeld 'kamer' niet. Daarom vinden ze een vraag als: "Vind je het niet leuk veranderd in mijn kamer?" erg moeilijk, want over het algemeen zien ze dan niet wat er veranderd is aan het beeld kamer. Samenhang in tijd vinden ze ook moeilijk. Ze hebben wel een beeld van iedere afzonderlijke afspraak, plan, ToDo die ze hebben, maar niet het geheel.  Daarom houden ze ook erg van schema's. Die geven samenhang aan de dingen.
* Oorzaak en gevolg van bepaalde situaties (een gesprek, gebeurtenis). Hier kunnen ze lang over nadenken (malen).
* Zelf structuur en samenhang maken is voor hen moeilijk.
Elke situatie is voor hun nieuw. Bijvoorbeeld kaas kopen bij de Aldi is heel anders dan kaas kopen bij de LIDL.
* Moeite met communicatie. Gaat bij hen nooit automatisch.
* Moeite met gevoelens benoemen, en ze weten ook niet wat lichaamstaal is.
* Erg gevoelig voor geluid. En ze houden niet van reflectie/ echoën van zowel licht als geluid.
*Doodsbang in het verkeer. Door het niet weten wat andere weggebruikers gaan doen.

Wanneer je mensen vraagt wat typisch autisme is, krijg je meestal geen beschrijving van autisme, maar wel van de combinatie autismeverstandelijke handicap.
Vaak worden de volgende kenmerken door mensen als typisch autistisch beschouwd:
teruggetrokken in sociaal contact, weinig of geen gesproken taal, opvallend repetitief gedrag (motorische stereotypieën) en een opvallende weerstand tegen veranderingen.
Als prototype voor "een autist" wordt doorgaans een kind beschreven dat 'contact met anderen afwijst of vermijdt, geen oogcontact heeft, niet praat en voortdurend 'wieltjes draait'.

Soms is autisme niet direct zichtbaar. Het beeld is niet onmiddellijk herkenbaar. Het lijkt dan of het autisme niet opvalt. Het gaat hier over mensen met een normale begaafdheid.
Bij normaal begaafden met autisme, syndroom van Asperger genoemd, zie je typisch autisme. Maar meestal niet even herkenbaar en zichtbaar. In die zin wordt ook bij deze groep het beeld vertroebeld, niet door de bijkomende handicap, maar wel door de wijze waarop zij met hun intelligentie hun autisme compenseren en camoufleren. We krijgen het autisme pas te zien als we door dat rookgordijn heen kijken.

Compensatie en camouflage
Dit zijn de eerste kenmerken waarom autisme met normaal begaafdheid zo verwarrend is. Ze gebruiken hun intelligentie om hun tekorten te compenseren. Ze proberen te overleven in een wereld die zij niet begrijpen.
Zo gaan ze situaties die voor hen te moeilijk zijn, vermijden of omzeilen door allerlei argumenten aan te dragen. 'Geen interesse' gebruiken ze vaak als motief.
Soms zeggen ze ook 'ja' op vragen of opdrachten, om ervan af te zijn. Hun problemen of moeilijkheden komen door verder doorvragen naar boven, of wachten op concrete uitvoering.
Begaafde mensen met autisme slagen er soms in juist te antwoorden of gepast te reageren, niet omdat ze situaties en vragen begrijpen zoals wij, maar omdat ze alternatieve oplossingen vinden.
Sociale aanpassing moet via het intellect verlopen. Eigenlijk moeten ze zelfs alles leren via het intellect.

Een tweede reden waarom autisme bij normaal begaafden zo verwarrend is, ligt in de criteria die we gebruiken om te beoordelen hoe goed iemand functioneert. Hun tekorten liggen niet op intelligentie niveau maar juist op de sociale vaardigheden:
Ze zijn sociaal naïef, ze praten beter dan ze kunnen communiceren, ze zijn al te vaak onhandig, en onwetend op zelfs de meest eenvoudige levenstaken.
* Ze kunnen lezen, schrijven, rekenen en hebben veel academische kennis, maar een bed opmaken, sla wassen, een budget plannen, een verjaardag organiseren, kunnen ze nauwelijks.
* Ze praten veel, maar zeggen weinig (te weinig diepgang) en communiceren niet zo vlot (er is te weinig wederzijdsheid, geen echte conversatie)
* Ze beschikken over veel beelden, maar hebben weinig verbeelding.
* Ze hebben een uitstekende theoretische kennis, maar weinig praktisch verstand.

Autisme is een vat vol tegenstrijdigheden. Normaal begaafde mensen met autisme verassen ons met een talent, dan weer met een schromelijke uitval. Die dubbelzinnigheid doet de omgeving meer dan eens perplex staan.
Soms zo normaal
Wat autisme met een normale begaafdheid extra verbijsterend maakt, is het feit dat we soms heel normaal gedrag zien. Dit leidt maar al te vaak tot twijfels. "zou hij wel autistisch zijn? Zie eens hoe normaal hij nu doet!" Inderdaad, wanneer de omgeving gekend, duidelijk en voorspelbaar is, wanneer ze kunnen terugvallen op een eerder aangeleerde regel of script, dan 'zie' je niet zoveel aan hen.

De Communicatie
Doorgaans zijn het vlotte praters of ze hebben op zijn minst een uitgebreide woordenschat.
De communicatie is vaak beperkt. Mensen met Asperger signaleren te weinig of communiceren niet wanneer het nodig is, bijvoorbeeld als er een probleem is.
Ze hebben moeite met de wisselende rollen van zender en ontvanger, met de beurtrolneming in de conversatie. Zo komt het dat ze niet reageren op een vraag of opmerking. Dit wekt soms de indruk dat ze niet geïnteresseerd zijn, maar dat is niet zo. Ze zijn er zich alleen onvoldoende van bewust dat mensen een reactie van hen verwachten. Anderzijds reageren ze soms wel op een boodschap die niet voor hen is bestemd. Ze geven ook weinig feedback en vaak weet je niet of ze je boodschap wel begrijpen. Ze signaleren het ook niet altijd als ze iets niet begrepen hebben en soms blijkt pas veel te laat dat ze de boodschap anders of niet begrepen hebben.
Ze missen de vaardigheden om de gepaste informatie te kiezen, aangepast aan wat de ontvanger al dan niet weet. Zo kunnen ze teveel informatie geven en iets vertellen wat ze je kort daarvoor ook al vertelden.
Nog vaker komt het voor dat ze te weinig informatie geven om hun boodschap goed te begrijpen en duurt het soms een hele tijd voordat je kan verstaan waar ze het over hebben. Anderzijds kan het ook voorkomen dat ze niets vertellen, omdat ze denken dat je alles al weet.

Een heel erg belangrijk deel van het sociale aspect van de communicatie is de manier waarop je communiceert. Het verbale van de communicatie geeft de inhoud weer van de communicatie, het non-verbale zorgt er voor dat iets overkomt. De non-verbale aspecten van de spraak ondersteunen de boodschap (of juist niet), Belangrijke elementen zijn onder andere:fysische nabijheid, lichaamshouding, gebaren, gezichtsuitdrukking, handbewegingen, blik van de ogen, stemintonatie. Vanuit hun typische wijze van denken zijn mensen met Asperger eerder gericht op feiten, objectieve en vaste gegevenheden, kennis,opsommingen, de zuivere inhoud. Als ze zich al ergens op richten in de communicatie, is het eerder op de inhoud dan op de vormgeving, eerder op wat ze zeggen dan op hoe ze het zeggen.

We worden al te vaak verblind door de moeilijke woorden, het ogenschijnlijk creatieve taalgebruik, de soms verwarrend logische opmerkingen. Typisch voor hen is het gebruik van woorden, uitdrukkingen of zinnen waar ze zelf de volledige betekenis niet van kennen. Veel meer dan we vermoeden is hun taal echolalisch.
Ze hebben het moeilijk met abstracte begrippen,ze denken eerder in concrete beelden en kunnen heel veel zaken alleen maar begrijpen in concrete beelden.

Hieronder volgen de diagnosecriteria voor Syndroom van Asperger

A. Kwalitatieve tekorten in sociale interactie zoals die zich uiten in tenminste twee van de volgende:
1. Een opvallende beperking in het gebruik van non-verbale gedragingen, zoals oogcontact, gezichtsuitdrukking, lichaamshoudingen en gebaren om de sociale interactie te regelen.
2. Er niet in slagen om gepaste relaties te ontwikkelen met leeftijdsgenoten.
(Stefan speelt liever met oudere kinderen en bepaald graag wat er gebeurd)
3. Een gebrek aan het spontaan delen van plezier, interesses of activiteiten met andere mensen.
4. Een gebrek aan emotionele of sociale wederzijdsheid.

B. Een beperkt, repetitief en stereotiep patroon van gedrag, interesses en activiteiten, zoals die zich uit in tenminste één van de volgende:

1. Een sterke preoccupatie met één of meerdere stereotiepe en beperkte interesses, die vreemd en zeer intensief kunnen zijn.
2. Een schijnbaar star vasthouden aan specifieke, nietfunctionele routines of rituelen.
3. Stereotiepe en repetitieve motorische handelingen (zoals met de handen flapperen, bepaalde lichaamsbewegingen).   
(Stefan kan vaak rontjesdraaien om zijn as)
4. Een volgehouden preoccupatie voor bepaalde delen van voorwerpen.

C. Deze stoornis veroorzaakt een betekenisvolle beperking in sociale, beroepsmatige en andere belangrijke domeinen van functioneren.
D. Er is geen betekenisvolle algemene vertraging in de taalontwikkeling.
E. Er is geen betekenisvolle vertraging in de cognitieve ontwikkeling, de ontwikkeling van (niet-sociale) zelfredzaamheidsvaardigheden of de nieuwsgierigheid voor de omgeving.

maandag 8 maart 2010

dinsdag 2 maart 2010

De nieuwe diagnose

He he we moesten er even op wachten maar nu hebben we dan eindelijk de uitslag van de onderzoeken van Stefan. Stefan werd opnieuw onderzocht omdat hij de diagnose heeft gekregen toen hij 3 was en het dus gewoon weer tijd was voor een nieuwe en omdat Wij twijfelden over de diagnose PDD-nos. Het klopte niet. Er waren wat tegestrijdigheden. punten die wel bij PDD-nos horen maar niet bij Stefan. zoals onderandere de taal achterstand. Wij dachten meer aan Asperger of hoogfunctionerend Autisme.

Om 16 uur hadden we de afspraak bij de kinderpsychtherapeut. Zei vertelde eerst haar bevindingen van de observatie wat haar opviel, onderandere het gebrek aan fantasie en doen alsof spel, het niet tegen geluiden kunnen, zijn eigen spel spelen en niet meegaan in het spel van de ander, het wisselende contact. zijn impulsieviteid, drukte en korte concentratieboog. Nou ja, voor ons niet iets heel nieuws.
alles is bekeken en besproken met de kinderpsychiater en de nieuwe diagnose van stefan is:


Het Syndroom van Asperger en ADHD


He he eindelijk heeft ons beestje een naampje dat echt bij hem past. En dat is toch wel een fijn gevoel.
Het is heel raar, maar dit geeft rust, het klopt gewoon nu.
Ze heeft meteen een boel uitgelegd ook over de toekomst, thuis of uit huis, studeren, werk, vriendinnetjes kan hij dat wel of niet, zelfstandig wonen of begeleid wonen, huisje boompje beestje of alleen. Het loopt bij iedereen weer anders.
Hoe het allemaal zal gaan als hij groter en volwassen wordt, moet de toekomst uitwijzen.
Maar wat zijn toekomst ook zal zijn, hij komt er wel op zijn eigen manier.
Als het aan Stefan ligt wordt hij sinds gisteren een dierenverzorgen in de dierentuin............ Hij wil nu al Steeds weten hoe hij dat kan worden. Hihihi

dinsdag 16 februari 2010

3maal 3 ................

3 maal 3

Dyscalcu lie(d)

3 maal 3 is....ehhh...6?
...7?...33?....9?....12?
Ieder zingt zijn eigen lied
Als ik dit tellen kan
Dan zing ik lekker niet

Dyslexie lied
Dire maal dire si ngeen
Ieedr zgnit zn egein leid
Deir mala dier is neeng
Ki sanp dti leidej neit!

Autisme lied:
Drie maal drie is negen
Ik zing hier mijn eigen lied
Zing ik dan door alles heen
Dan merk ik dat toch niet

ODD lied
Drie maal drie is zeven
Ik vind dit een heel stom lied
Als je wilt dat ik dit zing
Dan zing ik dat dus niet!

ADHD Lied
DRIE MAAL DRIE IS NEEEEEE-GEEEEN
IEDER SCHREEUWT ZIJN EIGEN LIED
IK ZING DIT LIED WEL HONDERD KEER
WANT STOPPEN KAN IK NIET

Add lied
Drie maal dr.... he een vogel!
Zingen? ....oh ja, Drie maal drie is negen
Ieder....mooi weer buiten zeg
Wat? Oh ja, Ieder zingt zn eigen lied
Drie maal...ehhh.. wat deed ik hier ook al weer??

Liedje van Stef Bos, Breek de stilte